https://www.douffetheuts.nl/de-transitievergoeding-onder-de-wet-arbeidsmarkt-in-balans/n167c0
 
Tot 1 januari 2020 is een werkgever pas verplicht tot betaling van transitievergoeding bij het einde van een arbeidsrelatie, die tenminste 24 maanden heeft geduurd .
De transitievergoeding onder de Wet arbeidsmarkt in balans

De transitievergoeding onder de Wet arbeidsmarkt in balans

Tot 1 januari 2020 is een werkgever pas verplicht tot betaling van transitievergoeding bij het einde van een arbeidsrelatie, die tenminste 24 maanden heeft geduurd.

Bij tijdelijke arbeidscontracten ziet u dus vaak de volgorde 7 maanden + 8 maanden + 8 maanden om de maximale arbeidsduur op 23 maanden te houden. Daarmee blijft de arbeidsduur precies onder de 24 maanden, waardoor geen transitievergoeding verschuldigd is bij een definitief afscheid van de werknemer na het derde contract.

Vanaf 1 januari 2020 heeft de werknemer onder de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) niet pas na 24 maanden recht op transitievergoeding, maar al vanaf de eerste dag.

Dus ook in geval van afscheid tijdens de proeftijd, heeft de werknemer recht op transitievergoeding.

De voorwaarden voor het krijgen van de transitievergoeding zijn:

  • de arbeidsovereenkomst wordt op initiatief van de werkgever beëindigd, of
  • de arbeidsovereenkomst is op initiatief van de werknemer opgezegd, ontbonden of niet verlengd vanwege ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever.

Een transitievergoeding zal alleen dan niet verschuldigd zijn als de werknemer zelf beslist om weg te gaan of om het contract niet te laten verlengen.

Ook als de werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld, bestaat er geen recht op transitievergoeding. Van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer is echter niet snel sprake.

De berekeningswijze van de transitievergoeding wijzigt ook per 1 januari 2020. Hoe dit wordt geregeld, wordt hieronder uitgelegd.

Nieuwe berekeningswijze

De behoorlijk omslachtige berekening van de transitievergoeding wordt vanaf 1 januari 2020 een heel stuk eenvoudiger. Iedere werknemer krijgt 1/3e maandsalaris mee per gewerkt kalenderjaar, berekend per dag dat het dienstverband heeft geduurd.

De transitievergoeding zal dan ook doorgaans lager worden dan onder de huidige regeling. Met name bij ontslag van werknemers van 50 jaar en ouder met een lang dienstverband, kan het verschil met het bedrag onder het huidige recht, groot zijn.

Tot slot

In het geval de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd met een vaststellingsovereenkomst, staat het partijen vrij om over de hoogte van de beëindigingsvergoeding afspraken te maken. Betaling van een vergoeding door de werkgever is in beginsel niet verplicht. De werknemer zal vaak toch een beëindigingsvergoeding vragen. Daarom wordt meestal in de vaststellingsovereenkomst opgenomen dat de transitievergoeding - voor zover verschuldigd – geacht wordt in de beëindigingsvergoeding inbegrepen te zijn.

Bereikt een werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd, dan heeft deze geen recht op transitievergoeding. Dat geldt ook als de werknemer daarna een nieuwe serie tijdelijke arbeidsovereenkomsten heeft gehad en die eindigen.

Wenst u een beroep te doen op de transitievergoeding? Hebt u een ander arbeidsrechtelijk geschil? Neem dan contact met ons op.